Het heeft weer de hele nacht geregend en zodra het licht wordt hebben we niks vernomen van een beer. (gelukkig maar?)
Helaas konden we niet douchen omdat onze afval tank vol zit. Na ons ontbijt zijn we een rondje over de campground gaan lopen. De campground lijkt veel op de vorige campgrounds, midden in het bos met een “ruime” plek om te staan met een picknick tafel en vuurpot. Direct aan de campground ligt een snel stromende rivier die je hoort bulderen vanuit de camper. Het bos is mooi heuvelig en er staan verschillende soorten bomen.
Als je de rivier volgt kom je uiteindelijk uit bij een suspension bridge, vanaf hier kan je mooi de rivier opkijken. Onderweg naar de suspension bridge kwamen we nog een paar eekhoorntjes tegen.
We gaan vandaag weer een lange rit maken vanaf Whistler naar Clearwater, met een tussenstop in Cache Creek.
Aangezien de dag maar bestaat uit 24 uur probeer ik mijn blogs wat korter te houden.
Timelapse
We hebben eindelijk de GoPro van een vriend gebruikt, met zijn driepoot op het dashboard gezet tijdens het rijden. Hij heeft om de dertig seconde een foto gemaakt. We willen proberen dit nu elke reis te doen. Vooral vandaag geeft het een mooi beeld hoe het landschap veranderd tijdens onze reis.
Haarspeldbochten
Al vrij snel nadat we Whistler uitrijden verlaten we ook de “beschaving”. De rijden op kronkelwegen met borden langs de kant “pas op voor paarden”. Niet veel later steekt er inderdaad een groot wit/zwart gevlekt paard over.
Langs de kant van de weg staat de lokale bevolking, (mag ik Indianen zeggen?) en we worden toegezwaaid. Het lijkt wel of hier allemaal hamsters wonen, bij een huis ligt zoveel rommel dat ze bijna allemaal een warenhuis kunnen beginnen. Een huis met twintig auto’s, of tientallen bureaustoelen.
Nadat we het laatste huis zijn gepasseerd zien we op de kaart de eerste haarspeldbochten al komen. De camper heeft een stand waarmee we ons huis gemakkelijker de berg op krijgen. Dit gaat wel gepaard met een geweldig lawaai van de hoge toeren die we draaien.
Haarspeldbochten blijven toch niet mijn favoriete onderdeel van de vakanties. Of de auto kan het niet aan, of je gaat enorm schuin de bocht door. Je ziet vaak niet wat er aan komt en als je eenmaal de bocht door bent lijkt het vaak alsof je achterover slaat met de auto omdat je zo schuin gaat.
De bochten zorgen er wel voor dat we hoger de bergen in gaan, we krijgen al snel mooi uitzicht.
Hertjes en mooi uitzicht
Na een tijd rijden komen we boven aan een berg aan bij een uitkijkpunt, we zijn van plan om hier even te parkeren om wat te drinken en foto’s te maken van het uitzicht. Op datzelfde moment zien we aan de rechterkant in de berm 3 witte witte vlekken. Er staan Reeën in de berm, direct aan de weg. Ze kijken niet op of om, ook niet van andere auto’s die de dieren niet doorhebben en met hoge snelheid langs scheuren.
We genieten van het uitzicht, een mooi blauw meer(Seton Lake)met beneden aan de berg een spoorlijn. En terwijl de Reeën rustig verder aan het grazen zijn proberen we een paar foto’s van ze te maken zonder dat we ze de weg op sturen.
Hat Creek Ranch
Nadat we doorrijden begint het landschap langzaam te veranderen. We naderen Hat Creek Ranch, een klein dorpje dat tussen bergen ligt waar een paar weken geleden nog grote bosbranden woedde. Overal op de bergen zie je restjes van iets wat ooit bomen zijn geweest. Elektriciteitspalen zijn ondertussen al vervangen met gloednieuwe (houten) palen, de oude palen staan er vaak nog naast, maar is niet veel van over.
Hat Creek Ranch is een soort openlucht museum. Er staan oude “wilde westen” gebouwen en je kan zien hoe de Indianen vroeger geleefd hebben. Het centrale roadhouse is ooit gebouwd voor de goudzoekers die hun naar het noorden trokken. Bij een roadhouse verwisselde ze hun paarden voor nieuwe en trokken ze verder.
In de loop van de tijd is het huis moderner geworden (een vloer is modern), er is een tweede verdieping bij gekomen en extra gebouwen om dieren te houden.
Als je daar aankomt wordt je hartelijk welkom geheten en met volle enthousiasme wordt er over de historie verteld. Nadat je het grote huis hebt bezocht wordt je met paard en wagen naar een plek gebracht waar je wordt geleerd hoe de Indianen leefde. Het ziet er allemaal nog erg mooi en authentiek uit. Het behang binnen in het huis is zo oud dat het helemaal los gaat zitten.
Leuk om te doen met kinderen, wel een tip; ga niet op de laatste dag van het seizoen (zoals wij). De meeste dieren zijn dan al weg, en het personeel dat een rol moet spelen is vooral bezig met het opruimen van spullen en de laatste uren aan het wegkijken.
Prairie
Na Hat Creek Ranch bezocht te hebben rijden we door de Prairie in, het landschap is ondertussen compleet veranderd met wat we vanochtend hadden. Er staat een harde wind en er is amper een boom te bekennen. Je zou haast denken dat je in een cowboy film bevindt.
Na een tijdje begint er weer wat groen in het landschap te komen. De gele weilanden worden afgewisseld met groene weilanden die besproeid worden met water. Dan zien we weer een geel weiland met tientallen rennende paarden en dan rijden we weer over wegen met bomen die ons de ware Indian Summer laten zien.
Dutch Lake Resort
Vrij laat komen we aan bij Dutch Lake Resort, dit is een campground aan Dutch Lake vlakbij Clearwater. Er zouden schildpadden in het water moeten zitten. Als je op de map kijkt waar Dutch Lake zit, zie je daarboven ook de meren Spanish Lake, Italy Lake en nog meerdere meren met namen van landen. De Wi-Fi verbinding is hier erg slecht, maar we hebben weer even een dagje netstroom en water (dat naar chloor smaakt). Even snel douchen en dan naar bed, morgen gaan we Wells Gray National Park in.